De kracht van stedelijke nabijheid
Stedelijke wijken hebben niet de luxe van ruimte of overzicht. Wat ze wél hebben: mensen. Veel mensen, dicht op elkaar. En juist in die veelheid en nabijheid schuilt een enorme kracht. Want als de overheid niet alles kan organiseren – en dat is steeds vaker het geval – dan nemen mensen zélf het initiatief. Voor elkaar, en met elkaar.
Ook in de stad zie je dit dagelijks. In buurthuizen die door bewoners zijn overgenomen. In collectieve keukens, energiecoöperaties, zorgcollectieven. In migrantenorganisaties die niet wachten op erkenning, maar gewoon doen wat nodig is. Er is geen tijd voor dikke nota’s – het gaat om actie, vertrouwen en relaties. Dat is de stedelijke school van gemeenschapskracht: rauw, snel en veerkrachtig.
Nieuwe gemeenschappen in oude vormen
En dat gaat niet over nostalgie. In Amsterdam worden ‘stadsdorpen’ gevormd – moderne gemeenschappen op dorpsschaal, midden in de hectiek. Niet omdat men terugverlangt naar vroeger, maar omdat de behoefte aan verbinding, betekenis en reuring van alle tijden is. Juist in een wereld vol onzekerheid en dreiging van buitenaf zoeken mensen naar nabijheid. Naar plekken waar je gezien wordt, iets kunt bijdragen, en anderen ontmoet.
Wat het platteland hiervan kan leren? Misschien wel dit: dat nabijheid ook zonder fysieke afstand kan ontstaan. Dat verbondenheid niet alleen zit in lange tradities of buren die elkaar van kinds af aan kennen, maar ook kan groeien in een flat, een buurttuin of een tijdelijke gemeenschap rond een initiatief. Nabijheid zit in contact, wederkerigheid, herkenning – en dat kan zelfs online of thematisch zijn. Je hoeft elkaar niet al jaren te kennen, om elkaar te vinden en voor elkaar te zorgen.